Het Steinse Groen
De voormalige polderboezem in de polder Stein zuidelijk
van de spoorlijn Utrecht-Rotterdam/Den Haag
Al weer ruim tien jaar geleden werd er door het toenmalige (demissionaire) kabinet een bedrag van 15 miljoen euro uitgetrokken om versneld een aantal molens in Nederland te restaureren, waaronder wind- en watermolens. Van de ongeveer 1000 molens die in Nederland nog aanwezig zijn (er hebben er in de afgelopen eeuwen ca.10.000 gestaan) is meer dan de helft in een achterstallige staat. Met name watermolens hebben verschillende eeuwen een belangrijke rol gespeeld in het Groene Hart van West-Nederland bij het droog houden van al dat drassige veenweidegebied. Gesteld kan worden, dat die watermolens indirect hebben bijgedragen aan de groeiende agrarische (boeren)welvaart in dit gebied. Veel molens zijn in de loop der jaren verdwenen, waaronder ook de watermolens die ooit de polder Stein oostelijk van Gouda hebben bemalen. Daarvoor in de plaats kwam eerst stoombemaling en nog weer later dieselbemaling.
Met de hand ingekleurde kaart van het HOOGHEEMRAADSCHAP VAN RIJNLAND uit 1746 met de situatie van de polderboezem in het Land van Steyn.
De kaart laat goed te zien dat er toen nog twee waterwipmolens aanwezig waren voor de bemaling van de boezem. Deze stonden aan de huidige Tiendweg.
Opmerkelijk is trouwens dat er langs de Hollandsche IJssel geen molen is ingetekend. Wel staat er "Lant van Steyns Sluys". Er werd daar dus wel afgewaterd.
De kaart verraadt ook nog dat er langs de Hollandsche Yssel pal ten zuiden van de polderboezem een 'Steyns gerecht' heeft gelegen. Op die plaats heeft waarschijnlijk een galg gestaan waar misdadigers werden berecht.
Over de Geschiedenis van de polder Stein
Het Land van Stein heeft ooit aan de Heer van Stein behoord. Een overeenkomst van 17 Januari 1478 wordt beschouwd als de stichtingsbrief van de polder "het Land van Stein". In die brief wordt ook gerept over het stichten en in stand houden van een watermolen met boezem. Al sinds 1478 is de polder Stein dus een bemalen polder. De watermolen stond ten zuiden van de huidige spoorlijn aan de westkant van de polder aan de Tiendweg. Het water werd uitgeslagen op een boezem die door een bekading was omgeven. Van daaruit werd het water door een uitwateringssluis (dijkheul) op de Hollandse IJssel geloosd. Door steeds verdere inklinking van de polder moest er op een gegeven moment bij de bestaande schepradmolen een 2e schepradmolen gebouwd worden vanwege problemen met de bemaling. Door de bouw van een 2e molen kon men het water uit de bergboezem op een kleinere voorboezem bij de IJsseldijk malen. Op die manier ontstond er een getrapte bemaling via de onder- en bovenschepradmolen, en kon het water probleemloos op de Hollandse IJssel worden geloosd. In 1883 werd de windbemaling vervangen door een stoomgemaal. De polder Stein heeft in tegenstelling tot vrijwel alle polders tussen de Oude Rijn en Hollandse Yssel, altijd zijn afwatering op de Hollandse IJssel gehad.
Overzicht van de voormalige polderboezem in de Polder Stein bij Haastrecht, nu reservaat en in eigendom en beheer bij de Gemeente Gouda. In het voorjaar zijn de natte delen langs greppels van het hooilandperceel (maaitijd ruim na 15 juni) geelgekleurd van de dotterbloemen. Foto: 5 februari 2007.
Het bloemrijke hooiland van de voormalige boezem gefotografeerd begin december 2011. Op de geplagde voorgrond
heeft zich inmiddels een goed ontwikkelde smalle strook rietland gevormd.
Biodiversiteitsontwikkelingen voormalige boezem
Ontstaan voormalige boezem
Door inklinking van de polder werd het steeds moeilijker om af te wateren op de toen nog niet gekanaliseerde Hollandsche IJssel. Een bedijking is aangelegd en watermolens werden gebouwd die via een getrapt systeem en maalwerk wel konden af wateren op de Hollandsche IJssel. Dat zal zo ongeveer rond 1600 hebben plaats gevonden.
Een paar eeuwenlang hebben die watermolens de polder bemalen maar zijn uiteindelijk vervangen door een stoomgemaal waardoor de boezem zijn functie verloor. De bedijking van de boezem is in die periode ook weer verwijderd en niet meer als zodanig herkenbaar in het landschap.
Botanische terreincondities en ontwikkeling
Wat was de oorzakelijke kant dat de voormalige boezem vroeger zo'n rijke vegetatie herbergde. Een paar factoren speelden daarbij een belangrijke rol. Allereerst de water- en bodemkwaliteit. Voor de 2e wereldoorlog was er nog geen sprake van water- en bodemverontreiniging. De boeren hadden nog maar weinig koeien dus de bemestingsgraad was laag en in de boezem werd helemaal niet of maar amper bemest. Er was nog een belangrijke oorzaak. De boezem werd door het polderbestuur van het Waterschap jaarlijks via inschrijving of verloting aan boeren uit de polder verpacht als hooiland en die wisten dan niet of men het land het jaar erna ook weer kon pachten. Dus werd er niet of nauwelijks bemest want het risico was groot dit voor een ander te doen. En tegelijkertijd leverde het vrij drassige en bloemrijke grasland gelegen op een ondergrond met een menging van klei-veen toch jaarlijks een flinke hoeveelheid aan gewas op.
Hetgeen gunstig was voor de verschraling van het land en het daardoor ontstaan van schraallandvegetatie. Maar ook de waterkwaliteit (voor de 60er jaren van de vorige eeuw was het water in de polder en rivier de Hollandse IJssel nog glashelder en voedselarm) waren van invloed en hadden ook een positieve ontwikkeling op de botanische ontwikkeling en kwaliteiten van de vegetatie in het boezemcomplex.
Jeugdherinnering boezemland in de polder Stein
Vroeger had elk poldertje een eigen waterschap. Zo ook de polder Stein bij Haastrecht. Aan de westkant van de polder Stein ligt een oude boezem waar vroeger twee waterwipmolens hebben gestaan die de polder Stein bemaalden. Dat gebeurt nu met een dieselgemaal. De boezem was in die tijd eigendom van het Waterschap Stein. De ingelanden van de polder pachtten het grasland van de voormalige boezem en de boer waar ik regelmatig op het erf kwam had het stuk boezemland verschillende jaren in pacht wat nu eigendom is van de Gemeente Gouda. Ik heb op het boezemland regelmatig meegeholpen bij de hooibouw. Na het maaien van het gras werden de slootkanten eerst in handwerk met de rijf geschoond. Plekken die moeilijk toegankelijk waren voor de machine werden handmatig opgeschud zodat het gewas beter droogde.
De rustperioden die zo af en toe werden genomen waren uiterst aangenaam want dan werd er lekkere zoete ranja gedronken die was aangelengd met (leiding)water. In die tijd dronken we als we dorst hadden nog uit sommige sloten. Dan kon toen nog want het water in veel sloten was glashelder vol met waterplanten, vissen en andere waterbeestjes. Vlak achter de boerderijen dronken we niet meer uit de sloot want daar was het water ook toen al aan de troebele kant. Om het ranja koel te houden legden we de flessen in de sloot. Als het gewas voldoende gedroogd was werd het in lange rijen gewierst en daarna op hooiruiters of hoopjes gezet om nog verder af te drogen. Als het voldoende was gedroogd werd het met gebruikmaking van de hooivork op wagens geladen. Het boezemland was in die tijd een prachtig bloemrijk hooiland, weinig bemest, met voor mij als herkenbare zeldzame plantensoorten wilde kievitsbloemen en gulden boterbloemen. Die zijn inmiddels verdwenen, maar het is nog steeds een heel mooi stukje reservaat. Omdat het vrij vochtig is komen er nog behoorlijk wat dotterbloemen en tal van moerasplanten voor waaronder veenpluis.
Vroeger kwamen wilde kievitsbloemen (frittilaria meleagris) vrij algemeen voor op het boezemland. Ze waren verdwenen maar volgens André van Kleinwee (Gemeente Gouda) zijn er recent nog een paar bloeiende exemplaren gezien. Dat klopt. In 2016 telde ik inderdaad een 10-tal bloeiende exemplaren.
De gulden boterbloemen (ranunculus auricomus) bloeit al vroeg in het voorjaar, zo omstreeks begin April. Vroeger stond het meest zuidelijke deel van het boezemland er helemaal vol mee, maar ze verdwenen door de toenmalige intensivering van het agrarische beheer. Deze minder algemene boterbloemsoort is te herkennen aan de afwijkende bladopbouw.
Soort groeit overigens wel rijkelijk langs de noordkant van de Steinse- en Goejanverwelledijk.
Op een paar plekjes langs natte greppels groeit nog de schraallandplant veenpluis (Eriophorum angustifolium). Foto: 6 mei 2014.
Close up van veenpluis.
Het waterplantje waterviolier (hottonia palustris) groeit bij voorkeur in wateren met een kleiïge bodem waar sprake is van kwel. Deze vrij zeldzame plantensoort groeit In een smal slootje in en langs de voormalige polder boezem. Foto: 20 april 2014.
Oever massaal begroeid met gele lis.
Overzicht van het boezemland met massaal
scherpe boterbloem en veldzuring.
De breedbladige orchis (Dactylorhiza majalis subsp. majalis) doet het heel goed op het boezemland. In 2014 werden vele honderden bloemen in bloei geteld. Omdat de bloemen vrij laat zaadrijp zijn is het besluit genomen om wat later te maaien dan de eigenlijke maaidatum van 15 juni. In 2017 lag de maaidatum zelfs rond 1 augustus. Of deze orchideeënsoort hier spontaan is verschenen of dat de soort is uitgezaaid is onduidelijk.
Natuurontwikkeling 2002 in de voormalige boezem.
De veranderingen na plaggen perceel fotografisch vastgelegd.
In Januari/februari 2002 is natuurontwikkeling uitgevoerd in de voormalige boezem in Stein. Het perceel oostelijk
van het bloemrijke hooiland is geplagd en ook een strook grasland direct gelegen langs de Steinse Dijk heeft men vergraven in open water en moeras. Naar ik aanneem was dit bedoeld om bloemrijke vegetaties te ontwikkelen net zo als op het westelijk gelegen perceel bloemrijk hooiland. Maar het kan verkeren. Van bloemrijk hooiland kan nauwelijks gesproken worden. Het geplagde perceel langs het bloemrijke hooiland heeft zich ontwikkeld naar bos zoals hieronder is te zien.
Geplagde perceel in november 2002. De groei van vegetatie (vooral pitrus) is al goed op gang gekomen.
Het geplagde perceel op 22 maart 2008 gefotografeerd. Begroeid vooral met pitrus en jonge bosopslag.
Het geplagde perceel op 16 februari 2012 gefotografeerd. De jonge bomen nog zonder blad maar ze zijn inmiddels
al aardig groot.
Foto gemaakt op 3 mei 2012. De bomen staan nu in blad
.
Voormalige stoomgemaal voormalige boezem Stein zuid
Het boezemland in de winter
Het stoomgemaal dat van 1883 tot 1949 de polder Stein heeft bemalen.
De oude dijkheul, een onderdoorgang onder de Steinse Dijk, waardoor
het water kon (en nog steeds kan) worden afgelaten op de Hollandsche Yssel
Fotoalbum: Natuurontwikkeling Steinse voormalige boezem 2002 en verder
November/December 2020. Uitvoering natuurontwikkeling polder Stein Zuid rond de voormalige boezem/Steinse Groen
In het westelijk deel van de polder Stein ligt de voormalige Steinse Boezem tegenwoordig het Steinse Groen geheten. Zo'n 25 jaar geleden aangekocht door de provincie en in beheer bij de Gemeente Gouda.
Doel van de natuurontwikkeling is het realiseren van een wat robuustere natuurverbinding tussen de polder Stein Noord/Reeuwijkse Plassengebied en polder Bilwijk/Krimpenerwaard, met behoud van de recreatieve functie van het gebied
Dit natuur- en recreatiegebiedje is recentelijk vergroot. Op de nieuwe stukken grasland zijn oevers verlaagd en vernat en de hogere delen van percelen worden ingezaaid met een kruidenrijk inheems bloemenzaadmengsel. Allemaal gericht om de biodiversiteit te vergroten en kansen te bieden aan minder algemene soorten planten en dieren om zich hier te gaan vestigen.
Onderstaand een foto-impressie van de inmiddels uitgevoerde werkzaamheden.
Het werk is begonnen. Natuurontwikkeling rond de voormalige boezem in de polder Stein Zuid. 12 November 2020 is men begonnen met het plaggen en afschuinen van oevers op een perceel aangrenzend aan het loofbos dat is ontstaan na het plaggen van een perceel grasland. Foto: 14 november 2020
Het met inheemse zaden ingezaaide perceel begint al aardig bloemrijk te worden. Een kleine inkijk leverde plantensoorten op als korenbloem, grote klaproos, gele ganzenbloem, kamille temidden van een dominantie van perzikkruid. Foto: 21 augustus 2021
Fotoalbum: Steinse Groen (voormalige boezem polder Stein)
Een van de vier kunstmatige broedplekken speciaal voor ijsvogels gemaakt. Foto: 19 november 2020.
IJsvogel als broedvogel
In 2019 hebben langs het gekanaliseerde deel van de Hollandse IJssel tussen Gouda en Hekendorp twee paartjes ijsvogel gebroed. In stukjes kleiige oever die toen nog niet beschoeid waren maar waar later wel beschoeiing is aangebracht. Het maken van kunstmatige broedplaatsen voor ijsvogels kan een stimulering zijn. In totaal zijn er in het Steinse Groen nu vier kunstmatige broedplaatsen gemaakt.
Het afwachten is nu op het eerste broedgeval in 2021.
IJsvogel loerend op een prooi bij een polderinlaat bij het oude gemaal in Stein zuid. Foto: Winter 2017