Terreincondities en weidevogels: ruige stalmest,drijfmest en grutto’s
Om de drie jaar wordt het reservaatgebied van Staatsbosbeheer rond het Reeuwijkse Plassengebied gekarteerd op broedvogels met een accent op broedende weidevogels. Op verzoek van SBB telde ik in het voorjaar van 2015 een deel van dit reservaatgebied. Een van de graslandpolders die dat voorjaar door mij op broedvogels gekarteerd werden was de polder Sluipwijk. Tijdens de 1e telronde op 10 april 2015 viel mij op dat flinke aantallen weidevogels zich ophielden op twee percelen die dat voorjaar bemest waren met ruige stalmest. Weidevogels nestelen graag in graslanden die bemest zijn met ruige stalmest is mijn zo ongeveer 50-jarige ervaring. Ik wil U die ervaringen laten zien aan de hand van een kleine fotoserie.
Een 3-tal gruttonesten gevonden op 17 april 2015. De nesten hebben alle drie een ding gemeen. Voor de bouw van de nesten is gebruik gemaakt van het stro dat in de ruige stalmest zat.
Grutto's, kieviten en hun voorkeur voor strorijke ruige stalmest
Op 17 april 2015 heb ik in de polder Sluipwijk de met ruige stalmest bemeste percelen tussentijds nog een extra keer bezocht omdat ik het vermoeden had dat er flink wat weidevogels zouden gaan broeden vanwege de aanwezigheid van ruige stalmest. Lopend op geruime afstand van de percelen zag ik dat er een kleine 100 (zomer)brandganzen aanwezig waren die de in de wintermaanden al kort gemillimeterde grasmat nog verder aan het kaal scheren waren. Bij mijn benadering gingen ze er snel vandoor. Toch vormde de kale grasmat blijkbaar geen probleem voor de weidevogels want door een keer heen en weer te lopen over de twee met ruige stalmest bemeste percelen liep ik zo al tegen een viertal nesten aan van grutto's. Alle nesten waren gemaakt met strooisel afkomstig van de stalmest. Zie de bovenstaande foto's. 24 april 2015 heb ik de 2e (SOVON) telronde uitgevoerd. Geteld vanaf de wat hoger gelegen Prinsendijk met gebruikmaking van een telescoop. Dus een prachtig overzicht want het was zonnig weer. Ook nu weer flinke aantallen ganzen op het perceel aanwezig. Een 5-tal paren grauwe ganzen met kuikens en een groep van een 40-tal grauwe ganzen w.s. nog niet geslachtsrijp. Op de twee genoemde ruige stalmestpercelen kon ik via de telescoop al snel drie grutto's op het nest onderscheiden en een kievit. Verder zaten er nog diverse wakende gruttomannen op het perceel. Ik schat dat er op deze twee percelen die pas na 15 juni werden gemaaid 7-8 grutto's nestelden.
Weidevogels (met name grutto en kievit) hebben een duidelijke voorkeur te broeden op percelen die worden bemest met ruige stalmest waar een flink aandeel stro inzit is mijn ervaring. Jammer genoeg is er bijna geen ruige stalmest meer beschikbaar, ook niet voor reservaten, en worden agrarische graslanden overwegend bemest met drijfmest via de injectie-methode. Voor de meeste SBB-gebieden is het overigens niet toegestaan te mesten met drijfmest.
Foto links: een 4e volledig legsel van een grutto (17 april 2015) op het met ruige stalmest bemeste perceel.
Het nest gemaakt van stro afkomstig uit ruige stalmest. Rondom het nest groeit pitrus, aangevreten door ganzen.
Het vormde voor de grutto's blijkbaar geen belemmering om een nest te maken.
Foto rechts: uitgestrooide ruige stalmest met een fors aandeel stro. Weidevogels maken er graag gebruik voor de onderbouw van het nest.
Broed- en plaatstrouwe grutto's
In mijn jeugdjaren, toen er nog overwegend stalmest werd gebruikt, soms vermengd met bagger dat in de wintermaanden door daggelders was opgebaggerd met de baggerbeugel, waren sommige percelen die waren bemest met ruige stalmest (en bagger) zeer belangrijk als broedgebied voor weidevogels. Als voorbeeld. In de polder Lang Roggebroek werden bij boer Klaas van den Heuvel (rond 1970) ieder voorjaar een paar percelen onder de betrekkelijk verse varkensmest gereden waarin veel stro zat. Het was voor mij als weidevogelliefhebber een feest om half april over die percelen te lopen op zoek naar nesten van weidevogels. Het ging niet om een paar nesten van kievit en grutto maar om tientallen die je dan vond. Een ander gebied waar veel weidevogels broedden was de polder Oukoop en dan in het deel Negenviertel. Dat was op een groot perceel bij boer Jansen die zijn bedrijf aan de Steinse dijk langs de Hollandse Yssel had. Omdat het land achter de drukke spoorverbinding Utrecht-Rotterdam/Den Haag lag werd het extensief als hooiland gebruikt en werd op het perceel maar zo af en toe als het uitkwam ruige stalmest gebracht. Er waren jaren dat ik op dit perceel, en ik praat nu over ca. 1965/1970, zonder veel moeite 20 gruttonesten vond. Het leuke is dat dit perceel ook nu nog steeds belangrijk is voor weidevogels. Ook dit voorjaar(2015) zijn er weer 6-7 nestelende paartjes grutto's aanwezig op dit perceel. Boer Ardy de Goey (gaat 200 hectare in natuurbeheer nemen) heeft dit perceel in beheer en in goed overleg en aangepast beheer zoals laat maaien wordt geprobeerd de weidevogelstand te behouden en uit te breiden.
Een gruttoman uiterst waakzaam. Het vrouwtje broedend op het nest in de buurt.
Drijfmest en ruige stalmest en de verschillen
Met het bemesten van een 2-tal percelen met ruige stalmest in de polder Sluipwijk op reservaatgronden van Staatbosbeheer was ik al heel gelukkig want er is op de huidige agrarische boerenbedrijven nauwelijks ruige stalmest beschikbaar. De weidevogels reageerden er heel positief op zoals bovenstaande foto's laten zien van de nestbouw. Wat is nu het verschil tussen drijfmest die in het grasland wordt geïnjecteerd en ruige stalmest? Drijfmest wordt geïnjecteerd in het vroege voorjaar op agrarische bedrijven. Na het injecteren zie je wolken met meeuwachtigen op en boven het grasland. De bodemfauna krijgt het door het injecteren van de drijfmest ondergronds benauwd door de ingebrachte ammoniak en probeert te ontsnappen door naar de oppervlakte te kruipen. Daar worden ze al snel geconsumeerd door meeuwachtigen en andere vogelsoorten. Bij ruige stalmest werkt het anders. Allereerst kunnen weidevogels gebruik maken van de stalmest door het gebruikmaken van de stro om er hun nest van te maken. Ruige stalmest verteert maar langzaam en de in de bodem en mest actieve insectenwereld zoals wormen, strontvliegen, emelten, springstaarten en andere insectensoorten is voor jonge weidevogels als voedselbron precies beschikbaar op het moment dat zij geboren worden. Van drijfmest is door uitgebreid onderzoek bekend dat de biomassa die beschikbaar moet zijn voor weidevogelkuikens lager is en misschien wel te kort. Jonge weidevogels moeten veel meer pikbewegingen maken omdat de ondergrondse insectenwereld op met drijfmest geïnjecteerde graslanden een stuk lager is dan met stalmest bewerkte graslanden.
Deze gruttovrouw was wel heel tam. Kon gefotografeerd worden op een paar meter afstand.
Grutto in een bloemrijk vochtig perceel met veel kruipende boterbloemen en geknikte vossestaart.
Houdt de boel goed in gaten met name gericht op overvliegende predators.
Polder Stein Noord. Kievit broedend op nest gemaakt van strootjes uit strorijke potstalmest die in het vroege voorjaar tijdens een vorstperiode is uitgestrooid over het land. Foto hieronder: het nest opgebouwd uit strootjes met vier eieren. Het nest is bewust zo hoog opgebouwd omdat het perceel erg drassig was en de eieren niet in het water mogen liggen. Foto's: 12 april 2018.
Kievitsnest. Opgebouwd uit veel stro afkomstig uit gestrooide stalmest.