Cultuurhistorie en natuur bij de Prinsendijk langs de Enkele Wiericke
De Oude Hollandse Waterlinie tussen de Enkele- en
Dubbele Wiericke vanaf Fort Wierickerschans tot aan de Hollandsche IJssel.
Het landschap in het Groene Hart met zijn rijke cultuurhistorie barst letterlijk van de sporen die te maken hebben met de ontstaansgeschiedenis en de ontwikkelingen in de loop der eeuwen als gevolg van de aanwezigheid- en activiteiten van de mens in het gebied. Het lezen van het landschap gericht op cultuurhistorische sporen behoort naast mijn passie voor natuur in het Groene Hart tot de bezigheden waar ik me vrijwel dagelijks mee bezig houd. De Prinsendijk is een belangrijk cultuurhistorisch monument, onderdeel uitmakende van de Oude Hollandse Waterlinie.
Grote delen van de Prinsendijk herbergden tot voor kort belangrijke botanische natuurwaarden. Jammer genoeg is daarvan flink wat verdwenen, maar nog niet alles.
Er zijn goede mogelijkheden om genoemde botanische natuurwaarden weer terug te krijgen zoals U kunt lezen en dat kan door de delen van de Prinsendijk die nu permanent beweid worden weer terug te brengen in hooilandbeheer d.w.z. een of hooguit twee keer per jaar maaien en bemesting achterwege laten.
Cultuurhistorie: De Prinsendijk, onderdeel van de Oude Hollandse Waterlinie
In 1226 heette de huidige Enkele Wiericke nog De Wiericksloot. Dit riviertje waterde het overtollige water op een natuurlijke manier af vanuit de Zuidzijderpolder op de Oude Rijn. In 1362 werd het natuurlijke deel van de Wiericksloot doorgetrokken naar de Hollandsche Yssel omdat er betere mogelijkheden ontstonden om op de Yssel te lozen. Daarmee ontstond de huidige Enkele Wiericke welke ca. 8 km lang is. Met een sluis aan de zuidkant in de Steinsedijk, die is genoemd naar Arnold van Steyn, de lokale landsheer van ± 1300 tot 1329. De kade tussen de westelijk gelegen polders en de Enkele Wiericke is opvallend fors gebouwd hetgeen te maken heeft met de Oude Hollandse Waterlinie. Wie de Prinsendijk in noordelijke richting afloopt, komt even ten westen van Nieuwerbrug uit bij het fort Wierickerschans. Dit fort werd na het rampjaar 1672 gebouwd omdat ter plaatse de defensieve kracht van de (Oude) Hollandse Waterlinie wel erg beperkt was gebleken. Dit deel van de Waterlinie had oorspronkelijk de oostelijke kade van de Enkele Wiericke als begrenzing, waardoor tussen de twee Wierickes (de Enkele- en de Dubbele) bij gevaar een brede strook land onder water kon worden gezet. De hoogheemraadschappen van Rijnland, Delfland en Schieland waren bang dat de toenmalige (zwakke) westelijke Wierickekade zou bezwijken als er lange tijd een grote hoeveelheid water tegenaan drukte. Dus werden de handen ineen geslagen. Als de westelijke Wierickekade het zou begeven, kon het water een groot deel van de drie Zuid-Hollandse hoofdwaterschappen doen overstromen. Op gezamenlijke kosten van de drie Waterschappen werd de kade opgehoogd en verstevigd. De kosten ervan bedroegen ca. 29.000 guldens uit te voeren door 600 manspersonen. De polderlasten werden verhoogd met 6 stuivers per morgen (ca. 0,85 hektare) die opgebracht moesten worden door de ingelanden (eigenaren en pachters).
Dat de kade niet de Hoogheemraadschapskade werd genoemd, maar de Prinsendijk had te maken met de man die fort Wierickerschans liet bouwen, Stadhouder Willem III. In 1672, in de Nederlandse geschiedenis bekend als het Rampjaar, kwam Nederland in grote problemen. Frankrijk, Engeland en de bisschoppen van Keulen en Munster vielen de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden aan. De inval door het Franse leger kon amper worden geweerd en bedreigde het gewest Holland. De prins wilde daarom ook een goede verbinding langs deze flank van de waterlinie en omdat ook in de Republiek een prins meer aanzien had dan een waterschapsbestuurder, werd gekozen voor de benaming Prinsendijk.
De dijk heeft zich sinds de aanleg goed gehouden, ook tijdens bombardementen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Alleen het Groot-Waterschap van Woerden heeft er nog bijna voor gezorgd dat de kade werd ondermijnd. In 1732 werd toestemming gegeven voor turfwinning in de polder Oukoop. Normaal moest een afstand van 100 roeden in acht worden genomen als er belangrijke waterkeringen in de buurt waren. Maar blijkbaar kon het de Woerdenaren niet veel schelen als de Prinsendijk zou doorbreken. De verveners zijn tot vlakbij de kade gekomen, zoals vandaag de dag nog te zien is.
Fotolbum: De Prinsendijk/Enkele Wiericke vanaf de Hollandsche IJssel tot aan Fort Wierickerschans
Prinsendijk in de Polder Stein Zuid
De Enkele Wiericke met Prinsendijk in de polder Stein Zuid in het deel vanaf de Hollandse IJssel
tot aan spoorlijn Gouda-Utrecht.
De Enkele Wiericke met Prinsendijk in de polder Stein Zuid in het deel vanaf de Hollandse IJssel
tot aan spoorlijn Gouda-Utrecht.
Prinsendijk in de Polder Oukoop-Negenviertel
Het begin van de Prinsendijk in de Negenviertel van Oukoop noordelijk van de spoorlijn Gouda-Utrecht.
Foto: 16 maart 2012.
Het begin van de Prinsendijk in de Negenviertel van Oukoop noordelijk van de spoorlijn Gouda-Utrecht.
Foto: 12 februari 2013.
De Prinsendijk in de Negenviertel van Oukoop met rechts (buitendijks) een stukje nat elzenbroekbos.
Foto: 12 februari 2013.
De Prinsendijk in de Negenviertel van Oukoop heeft een paar kronkelingen. Foto: 12 februari 2013.
Verruigd stukje grasland langs de Prinsendijk in de Negenviertel van de polder Oukoop. Hier groeiden vroeger
o.a. gewone vrouwenmantel en veel orchideeën van het type rietorchis. Foto: 12 februari 2013.
Landelijk beeld van de Prinsendijk met de polder Oukoop westelijk liggend. Foto gemaakt iets ten zuiden van het
veenputtencomplex van Kruyt/Staatsbosbeheer.
De Prinsendijk met op de achtergrond de waterwipmolen van de polder Oukoop.
Prinsendijk met gezicht op de Oukoopse waterwipmolen. Links loopt de Enkele Wiericke.
Fotopositie: Noord -> Zuid.
Prinsendijk met gezicht op de Oukoopse waterwipmolen. Links loopt de Enkele Wiericke.
Fotopositie: Noord -> Zuid.
De Prinsendijk noordelijk van de waterwipmolen tot aan het fietspad Reeuwijk-Driebruggen.
Rechts de Enkele Wiericke.
Bloemrijk stukje oeverstrook langs de Enkele Wiericke in de polder Oukoop met o.a. echte koekoeksbloem. Op de achtergrond de polder Langeweide met koeien in de wei.
De Prinsendijk zuidelijk van het fietspad Reeuwijk-Driebruggen. Met een overzicht van het enigzins verruigde
ondertalud met oeverstrook langs de brede maalsloot welke langs de Prinsendijk loopt.
De Prinsendijk noordelijk van de waterwipmolen tot aan het fietspad Reeuwijk-Driebruggen.
Rechts de Enkele Wiericke.
Prinsendijk in de Polder Oukoop noordelijk van het fietspad Reeuwijk-Driebruggen
De Enkele Wiericke met Prinsendijk ter hoogte van de polder Oukoop noordelijk van het fietspad Reeuwijk-Driebruggen
De Enkele Wiericke met Prinsendijk ter hoogte van de polder Oukoop noordelijk van het fietspad Reeuwijk-Driebruggen.
De Enkele Wiericke met Prinsendijk ter hoogte van de polder Oukoop noordelijk van het fietspad Reeuwijk-Driebruggen
in de winter. Foto: 28 januari 2013.
Prinsendijk in de Polders Reeuwijk - Zuidzijderpolder tot aan Fort Wierickerschans
De enkele Wiericke ter hoogte van de S'-Gravenkoopse Dijk in de polder Reeuwijk.
De Enkele Wiericke in de Zuidzijderpolder noordelijk van Rijksweg A-12.
De Prinsendijk in de Zuidzijderpolder noordelijk van Rijksweg A-12. In de brede vochtige moerasstrook
onder langs de dijk groeiden vroeger o.a. breedbladige orchis, moeraslathyrus en grote boterbloem.
De grote boterbloem staat er overigens nog steeds (2016).
De Prinsendijk in de Zuidzijderpolder noordelijk van het fiets-landbouwpad.
De Enkele Wiericke ter hoogte van de de Zuidzijderpolder zuidelijk van de spoorlijn Utrecht-Bodegraven.
Overzicht op de zuidelijke fortgracht van Fort Wierickerschans met de Enkele Wiericke zuidwaarts
lopend (beboste gedeelte wat loopt als een lint).
Stukje van Fort Wierickerschans. De noord-westelijke hoek met de op de achtergrond de gekanaliseerde Oude Rijn.
Topografische kaart vervaardigd rond 1670 in opdracht van het Hoogheemraadschap van Rijnland (HHR).
Op de kaart staat de Enkele Wiericke. Fort Wierickerschans staat niet op de kaart vermeld.
Militaire objecten werden om de vijand te misleiden niet op kaarten gezet.
Vegetatie Prinsendijk vroeger en nu
Als je vroeger wilde orchissen wilde zien dan moest je naar de Prinsendijk. Tot aan de 70er jaren van de vorige eeuw was de Prinsendijk met zijn natte oeverstroken grenzend aan de Enkele Wiericke en het brede dijktalud wat een gradiënt had van droog aan de bovenzijde tot vochtig aan de voet van de dijk zeer bloemrijk. Het beheer was van het type permanent hooiland waarbij grote delen werden gemaaid en het gewas als hooi werd afgevoerd.
Ik kwam er graag lopend via de polder Stein vanuit mijn geboortedorp Haastrecht. In de polders Oukoop en Langeweide gelegen aan weerszijden van de Enkele Wiericke broedden in die tijd nog forse aantallen weidevogels. Ook de nu inmiddels zeldzaam geworden zomertaling was er toen ook nog een vrij algemene broedvogel. De nu vrijwel overal uit het Groene Hart verdwenen graspieper was toen nog een algemene broedvogel en had een duidelijke voorkeur om in het dijktalud van de Prinsendijk te broeden. Als je goed oplette was het niet zo moeilijk om een nest te traceren. Wel was het in die tijd een stuk rustiger met menselijke bezoeken dan nu. Er lag nog geen wandelroute op de Prinsendijk. Het was een echt stiltegebied.
Gele morgenster (Tragopogon pratensis subsp. pratensis)
bloeiend langs de Prinsendijk.
Gewone veldsla (Valerianella locusta) komt
nog op een paar plekjes voor langs de Prinsendijk.
Maar er is veel veranderd. Er ligt nu een veel gebruikte Provinciale wandelroute op de Prinsendijk. De kade wordt druk bewandeld door recreanten.
De ooit zo rijke weidevogelgemeenschap in de aanliggende polders Oukoop en Langeweide is door intensieve landbouwkundige ontwikkelingen sterk verminderd. Grote delen van de ooit zo bloemrijke Prinsendijk tussen de Hollandse Yssel en Fort Wierickerschans zijn vegetatiekundig sterk verarmd door een ander type beheer.
Maar ondanks deze ontwikkelingen van afname van de biodiversiteit komen er nog steeds verschillende minder algemene botanische volhouders op en langs de Prinsendijk voor die aangeven dat de botanische potenties nog niet helemaal zijn verdwenen. Er zijn zelfs kansen om de kwaliteit van de dijkflora weer te vergroten maar dat kan alleen maar binnen bepaalde randvoorwaarden. De belangrijkste is dat het huidige beheer op en langs de Prinsendijk wordt aangepast en dat er weer wordt teruggekeerd naar hooilandbeheer waarbij bemesting beperkt wordt of liever nog achterwege blijft.
Graspieper de boel in de gaten houdend op een paaltje. Jammer genoeg is de soort langs de Prinsendijk
en de polders rondom als broedvogel verdwenen.
Huidige beheer Prinsendijk
Staatsbosbeheer is eigenaar van het grootste deel van de Prinsendijk. Het huidige beheer van de Prinsendijk is divers. Er is een mix aan beheerstypen. Stukken dijk worden gemaaid als hooiland terwijl andere dijkdelen alleen worden beweid met schapen of rundvee. Hoewel het beheer vrij extensief is (zeker voor het deel van de Prinsendijk in de polders Oukoop- Negenviertel-Stein Zuid) zou een andere manier van uitvoering van het beheer meer biologische kwaliteiten kunnen opleveren met name wat betreft de botanische potenties.
Dan doel ik op een eventueel omzetten van de huidige beheervorm beweiden/maaien laten liggen van het gewas naar extensief hooilandbeheer. Voor de gehele Prinsendijk zal dat wellicht moeilijk haalbaar zijn maar op een paar stukken Prinsendijk die nog steeds potenties (en belangrijke restvegetaties) hebben is het te overwegen. De natuurkwaliteit kan er flink mee opgekrikt worden (meer kleur in het landschap door bloemen en insectenrijker). Ook de vele wandelende recreanten die de Prinsendijk aandoen zullen het waarderen.
Dit deel van de Prinsendijk werd t/m 2013 beweid met een paar schapen. Zij konden de grote hoeveelheid gewas dan ook niet aan. Inmiddels zijn in 2014 een paar koeien ingeschaard. De brede strook grasland onder aan het dijktalud is begin juli 2014 gemaaid. Het gewas is na het maaien blijven liggen.Het dijktalud zelf is helemaal niet gemaaid.
Uniek: groeiplaats van (wilde) vrouwenmantel langs de Prinsendijk
Lang geleden (tussen1965-1970) vond ik langs de Prinsendijk in een vochtig stuk grasland langs het dijktalud ter hoogte van de Negenviertel in de polder Oukoop een bloeiend plantje wat na lang zoeken in de boeken gewone vrouwenmantel (alchemilla vulgaris) bleek te zijn. Het was in de tijd dat vrouwenmantel nog amper als tuinplant werd gekweekt. De vondst wekte toendertijd dan ook veel opzien en verschillende ervaren botanici kwamen tot de conclusie dat het om een natuurlijke groeiplaats moest gaan. Heel bijzonder want het is tot op heden de enige groeiplaats gebleven van deze plantensoort nabij Reeuwijk. De groeiplaats was vochtig, onbemest en op die plek groeiden in die periode ook vele tientallen breedbladige orchissen.
Gulden boterbloem (Ranunculus auricomus) kwam
vroeger zo hier en daar op een enkel plekje voor. Een bekende groeiplaats lag aan het begin van de Prinsendijk bij de Hollandse IJssel.
In een brede moerasstrook iets ten noorden van de RW A-12 groeide vroeger ook de grote boterbloem (Ranunculus lingua).
Bij een recent bezoek eind juni 2015 bleek de soort nog steeds aanwezig te zijn zelfs met enkele duizenden exemplaren.
Het lijken op kleine orchideetjes maar dit is brunel (prunella vulgaris) in bloei. Deze plantensoort is ook nu nog op verschillende plekken langs de Prinsendijk aan te treffen.
Breedbladige orchis (Dactylorhiza majalis subsp. majalis) kwam tot omstreeks 1970 nog op verschillende plekjes voor. Thans is de soort langs de Prinsendijk uiterst zeldzaam en het is zelfs niet zeker of de soort hier nog wel voorkomt.
Margrieten (Leucanthemum vulgare, synoniem: Chrysanthemum leucanthemum) kwamen vroeger massaal voor langs de Prinsendijk. Ze zijn nu vrij zeldzaam.
De vroeger vrij algemeen voorkomende agrimonie (Agrimonia eupatoria) komt nu nog maar op een enkel plekje voor.
Veldgerst op de Prinsendijk
De Prinsendijk langs de Enkele Wiericke tussen de Steinsedijk bij de Hollandse IJssel en de spoorlijn Gouda-Utrecht.
Op en langs de de dijk groeit zo hier en daar massaal veldgerst. De dijk wordt pas ruim na 15 juni gemaaid en niet bemest.
Wandelend in de polder Stein Zuid op de Prinsendijk langs de Enkele Wiericke bij Hekendorp op 2 juli 2012, onderdeel uitmakende van de Oude Hollandse Waterlinie, stuitte ik op een enorm veld met bloeiaren van een grasachtige plant. Het bleek om veldgerst (Hordeum secalinum Schreb.) te gaan. Veldgerst behoort tot de familie van de grasachtigen en lijkt veel op kruipertje (Hordeum murinum), maar is een late bloeier en is ook veel kritischer dan kruipertje. De soort groeit bij voorkeur op kleiige tamelijk extensief gebruikte gronden en daar ken ik hem ook van in de omgeving van het Reeuwijkse Plassengebied. Omdat veldgerst een tamelijk late bloeier is valt de soort minder op omdat de meeste graslanden al voor de bloeitijd van deze grassoort gemaaid worden. Dat was nu op de Prinsendijk niet het geval want de dijk is pas eind Juli gemaaid. In 2013 vond ik veldgerst ook op een paar plekjes massaal groeiend op de Prinsendijk noordelijk van de spoorlijn langs de polder Oukoop (Negenviertel).
Zelfs zo’n ooit zo gewone soort als Veldgerst is in 2004 op de Rode Lijst terecht gekomen. Een signaal dat die mooie bloemrijke graslanden van vroeger aan het verdwijnen zijn binnen Nederland. Zeker de liefhebbers van een biertje zou dat iets moeten doen want deze plantenfamilie stond vroeger en ook nu nog steeds aan de basis van ons heerlijke gerstenat. Zie voor meer informatie de Nederlandse Rode lijst van planten
Veldgerst lijkt wel wat op het kruipertje maar heeft kortere naalden dan kruipertje.
Kruipertje wordt ook wel muizengerst genoemd. De kelkkafjes en vooral de naalden zijn een stuk langer dan die van veldgerst.